Ingezonden opinie door Mila van der Veen (Natuurbeschermer) en Pieter de Jong (Milieubeschermer).
In deze tijd richten we ons op een van de grootste bedreigingen voor onze natuur: de invasieve exoten. Deze indringers, waaronder de reuzenberenklauw, Japanse duizendknoop, grote waternavel en parelvederkruid, worden erkend als ongewenste gasten die inheemse planten verdringen. Dit verstoort de ecologische balans die essentieel is voor ons ecosysteem.
In regio Oost-Nederland kampt men met de overvloedige aanwezigheid van de reuzenberenklauw langs dijken en bermen, een zorgwekkende situatie waar nauwelijks effectieve oplossingen voor worden geboden. Het ontbreken van gecoördineerde bestrijdingsmaatregelen leidt tot een verergering van de situatie, waardoor de bestrijding complexer en kostbaarder wordt.
Het gebrek aan coördinatie tussen verschillende instanties, zoals gemeenten, waterschappen, provincies en natuurorganisaties, vormt een fundamenteel probleem in de bestrijding van invasieve exoten. Het is cruciaal dat de gedeelde verantwoordelijkheid wordt erkend en dat er constructieve samenwerkingsverbanden worden opgezet om daadkrachtig op te treden.
Om effectief op te treden tegen invasieve exoten is een gedegen overzicht van groeiplaatsen en handelingsprotocollen essentieel. Wij pleiten voor de oprichting van taakgroepen in verschillende gebieden, betrokken bij overheidsinstanties, burgers, hoveniers en natuurverenigingen. Door gezamenlijk de handen uit de mouwen te steken, kunnen we invasieve exoten effectief bestrijden en de biodiversiteit in onze omgeving vergroten.
Door vroegtijdig nieuwe invasieve exoten te signaleren en reeds aanwezige ongewenste planten systematisch te verwijderen, dragen we bij aan een gezonder ecosysteem en een verrijkte biodiversiteit. Een harmonieus landschap nodigt uit om van te genieten en draagt bij aan het behoud van onze natuurlijke rijkdom.